+
“Vroeg in de morgen – het was nog donker” … zo zegt ons het Johannesevangelie vanmorgen. Nu ja, zo donker is het op dit moment buiten al niet meer. Maar toch hangt er al meer dan een jaar lang een soort “donkerte” over onze wereld. Meer en meer wordt duidelijk wat een virus dat over onze wereld rondgaat in het leven van vele mensen betekent.
Het virus heeft één van de pijlers van ons gelovig-zijn onderuit gehaald. Zie ons hier nu zitten: enkele mensen verspreid over een groot kerkgebouw. Een mondmasker op, zodat je goed moet kijken om te weten wie aanwezig zijn. Velen die we er normaal bij weten zijn er niet. Hoe je het ook draait of keert: het blijft vreemd en meer dan dat … we vinden dit met z’n allen gewoon erg, ook al weten we van het waarom.
Toch is het vandaag Pasen. We vieren het belangrijkste christelijke feest. Aan alles voel je dat de liturgie vraagt om feestelijkheid, om uitbundigheid. Maar over alles blijft een soort sluier liggen. We moeten ons in houden.
Eén pijler komt niet écht tot zijn recht: gelovige gemeenschap vormen. Het Evangelie van deze paasmorgen wijst echter op een andere pijler. Het is misschien zelfs de belangrijkste: we moeten onophoudelijk ons geloof verdiepen. Geloven is niet iets dat enkel met ons emotioneel aanvoelen te doen heeft. Het gaat om ons hele mens-zijn. Het gaat er om hoe wij als mens gegrepen worden door de Verrezen Heer. Het gaat er om hoe wij als christen mens in onze wereld van vandaag staan.
Dat was ook zo voor de vrouwen rond Jezus en voor de apostelen en de grotere groep leerlingen. Allemaal hebben ze Jezus gekend. Allemaal zijn ze met Hem meegetrokken. Op Zijn uitnodiging trouwens: “Kom en volg Mij”. “Kom en zie”.
Ook op die eerste nog donkere paasochtend willen Maria Magdalena, Petrus en de door Jezus beminde leerling naar Hem toe. Maar daar waar ze Hem zoeken is Hij niet!
Maria Magdalena zegt het heel duidelijk: “Ze hebben de Heer uit het graf genomen en wij weten niet waar ze Hem hebben neergelegd”. Dat Jezus uit de doden moest opstaan, ziet ze nog niet. Ze gaat het vlug aan Petrus en de andere leerling zeggen. Daarom krijgt ze van de heilige Augustinus de naam “Apostel onder de apostelen”. Maar ook Petrus ziet Hem niet. Ze zien alleen de sporen van de dood: het lege graf en de doeken waarin het lichaam van Jezus gewikkeld was.
Enkel de beminde leerling, met zijn intuïtieve liefde, verstaat het teken van het lege graf. Híj “zag en geloofde”. Maria Magdalena en Petrus begrijpen het niet omdat ze blijven steken in hun eigen verwachtingen. De beminde leerling laat zijn eigen inzichten en verwachtingen los en laat zich door de Heer die uit de dood is opgestaan omhoog trekken.
Er is een heel mooi fresco van de overwinning van Christus op het kwaad, op de duisternis, op de dood: De Anastasis. Een fresco geschilderd voor een zijkapel van de Chora kerk in Istanbul. We zien er Christus die net de poorten van de onderwereld heeft opengebroken. Hij staat in het midden en trekt Adam en Eva uit hun graf. Adam en Eva staan symbool voor alle mensen. Jezus neemt hen bij hun pols en trekt hen uit de dood, mee de hoogte in, naar het volle leven bij God.
Van die eerste getuigen van Jezus’ opwekking uit het graf is het enkel de beminde leerling die zich zo aan dat gebeuren toevertrouwd dat hij door de Verrezen Heer meegetrokken wordt uit zijn eigen inzichten en voorstellingen, mee de hoogte in, naar het volle leven bij de Vader.
Geloven in de verrijzenis verbreekt grenzen: eerst de grens tussen leven en dood. Geloven in de verrijzenis verbreekt ook de grenzen die mensen zetten.
Op Pasen zelf wordt dat al duidelijk. De eerste lezing vertelt ons hoe Petrus wanneer ook hij tot het geloof komt in Jezus die “uit de doden moest opstaan”, begrenzing doorbreekt. Hij predikt in het huis van Cornelius tot de heidenen. Jezus’ boodschap is er voor iedereen!
Ook daarin steekt voor ons gelovigen van vandaag een heel grote uitdaging: onze Kerk moet zich laten bevrijden door het verrijzenisgebeuren van Jezus … Geloven in de paasboodschap is geloven in de Kerk die zich opent voor nieuwe, ongewone dingen, die er niet is omwille van zichzelf, maar voor alle mensen – wie die mensen ook mogen zijn. Onze kerkgemeenschap moet midden in de wereld van vandaag staan, die wereld accepteren en niet wantrouwen. Christenen die geloven in Jezus’ verrijzenis moet grenzen durven overschrijden.
Wij geloven – we zullen het seffens plechtig bevestigen bij de hernieuwing van onze doopbeloften. Maar als wij vandaag geloven, dan is dat in de kracht van de ervaring van het geloof van de apostelen. Een geloof dat niet bol stond van het eigen zeker weten. Maar een tastend en zoekend geloof was, dat zich met de tijd verdiept heeft. Die gedachte mogen we niet loslaten: om vandaag van Jezus’ opstanding te getuigen moeten we niet prat gaan op zeker weten maar moeten we nederig ons geloof steeds weer verdiepen. Alleen de liefde verstaat de taal van de opstanding. Alleen wie in het voetspoor van de Verrezen Christus andere mensen lief heeft en voor wie elke mens kostbaar is treedt binnen in het paasmysterie.
“Alleen de liefde kan de opstanding geloven” – Dat vertelt het evangelie vandaag met grote empathie.
We dromen allemaal van de wereld na deze pandemie. Hopelijk laat die wereld niet meer te lang op zich wachten.
Vrienden, kardinaal Jozef De Kesel schreef onlangs een heel mooie brief “God liet zijn volk een omweg maken”. Een omweg die heel moeilijk kan vallen, maar ook de omweg die vernieuwt, die een tijd van genade is. Een tijd om niet te verstarren, maar open oog en oor te zijn voor de Verrezen Heer die onverwacht op ons toekomt.
Vandaag is het Pasen. Laten we allen samen opnieuw het geheim van Pasen ontdekken, het geheim van dood en opstanding. Die opstanding is geen terugkeer naar … maar een diepgaande omvorming die aandacht heeft voor de gedachte van de “resurrectio continua” – het verderzetten van Jezus’ overwinning op de dood, van Jezus’ overwinning op angst en schuld. Het is de leven gevende stroom, die vloeit uit Jezus’ zijde: “Uit Zijn geopende zijde vloeide bloed en water”…symbool van het volle leven, het nieuwe leven in Christus.
o.a.m.d.g.