+
Allerheiligen is een feest dat elk jaar terug komt. Het is ook een dag vrij. Morgen is een normale werkdag en dus gaan vandaag heel wat mensen naar het kerkhof. Onze gedachten zijn heel dikwijls dan al bij morgen, bij Allerzielen … bij het gedenken van onze lieve doden.
Maar wat vieren we vandaag dan ? Een antwoord op die vraag hoorden we in de eerste lezing: het gaat om ‘een grote menigte, die niemand kon tellen, uit alle rassen en stammen en volken en talen. Zij stonden voor de troon en voor het Lam, gekleed in witte gewaden en met palmtakken in de hand.’
Sommigen onder hen vinden we terug op de heiligenkalender, anderen niet. Toch horen al die niet bij name gekende mensen ook bij « de grote menigte ». Op het feest van Allerheiligen vieren we in verbondenheid met al die mensen die gewoon probeerden te leven in de navolging van onze Heer Jezus Christus. Gisteren, zondag, hoorden we nog heel duidelijk wat dat betekent : ‘Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel uw hart, geheel uw ziel, geheel uw verstand en geheel uw kracht. En gij zult uw naaste beminnen zoals uzelf.’
Hoe we dat concreet moeten maken hebben we dan weer beluisterd in het Evangelie van vandaag. Als ik het Evangelie voorlas klonken die « zaligsprekingen » heel vanzelfsprekend.
Iedereen hier in de kerk zal akkoord gaan, vermoed ik toch :
– Dat je jezelf niet beter moet vinden dan anderen. Hoogmoed is niet mooi.
– Dat we moeten meeleven met het verdriet van anderen. Dat we waar het mogelijk is elkaar moeten troosten.
– Dat we meewerken aan Gods koninkrijk als we mekaar een warm hart toedragen. Als we proberen de verlokkingen van de zonde uit ons hart te houden. Als we dus proberen met een zuiver en een oprecht hart door het leven te gaan.
– Dat we uit onze comfortzone moeten durven komen en een helpende hand moeten uitsteken naar wie hulp nodig hebben.
– Dat we met respect en verdraagzaamheid met elkaar omgaan en zelfs als dat nodig is vergeving kunnen schenken.
– Dat we niet te vlug hard over elkaar moeten oordelen…maar dat we zoveel als mogelijk vrede moeten brengen.
De zaligsprekingen … ze zijn de blauwdruk voor een leven als christen.
Toch moet ik bekennen : ik blijf daarbij ondermaats. Soms vraag ik me gewoon af : « zal ook ik ooit behoren tot die grote menigte die niemand tellen kan » ?
In de leefregel van de Karmel staat heel duidelijk de oproep om te luisteren naar Gods Woord en dat te overwegen ; het mee te dragen doorheen de dag … dus er naar te leven. Dat probeer ik ook wel. Maar net zoals jullie ondervind ik hoe moeilijk het soms is om écht naar dat Woord Gods te leven. Om dus bijvoorbeeld steeds de zaligsprekingen tot leidraad van mijn leven te nemen. Niet zomaar, wanneer het past … maar radicaal.
Gelukkig staat er in de eerste lezing vandaag ook dit : « Dat zijn degenen die komen uit de grote verdrukking, die hun gewaden hebben wit gewassen in het bloed van het Lam. »
Je moet dit zinnetje natuurlijk goed verstaan. Lees je het in zijn context dan begrijp je dat Johannes wil zeggen dat het om al die mensen gaat die hebben ervaren dat Jezus je nooit in de steek laat. Hij « is in alles aan ons gelijk geworden, behalve in de zonde ». Elke menselijke emotie heeft Hij ook gekend. Het hele gamma : van vreugde over verdriet naar verlatenheid en de angst voor het sterven. Maar ook de hoop op eeuwig leven. Het is met Jezus durven dromen van een nieuwe wereld.
Om te eindigen … ooit noteerde ik enkele beschouwingen van bisschop Paul Van den Berghe over heiligen :
« Een heilige is ons door God gegeven om ons wakker te schudden, om onze ogen te openen, om ons iets te komen leren of in herinnering te brengen. En zo heeft elke heilige iets van een profeet en van een kerkleraar. »
« Een heilige is aan de Kerk gegeven om mensen te verzamelen, opnieuw bijeen te brengen in een beleefde gemeenschap van geloof, hoop en liefde. Soms realiseren heiligen dat, door in de kracht van de Geest actief op zoek te gaan naar de mensen, zoals de apostel Paulus en zo vele heilige missionarissen dat deden. »
« Heiligen zijn ons door God gegeven als lichtende voorbeelden, om na te volgen. »
Broeders en zusters, laten we daarom de heiligen volgen als voorbeeld … geven we het niet op zelf ook te proberen « een heilig leven te leiden ».
O.a.m.d.g.