+
Deze morgen zijn we hier samen om eucharistie te vieren en het is Nieuwjaar. In de liturgie is nieuwjaarsdag de achtste dag na kerstmis, de octaafdag.
Lucas vermeldt in zijn evangelie: “Toen de acht dagen voorbij waren en men het kind moest besnijden, ontving het de naam Jezus” (Lc. 2,21). Hij wordt de Emmanuel genoemd. God met ons. Het is met Jezus dat wij het nieuwe jaar ingaan, de verdere toekomst tegemoet.
Het is voor christen mensen goed om al van in de eerste uren van het nieuwe jaar heel bewust samen met andere gelovigen ons hart op Jezus Christus te richten.
Bovendien brengt de liturgie ons vandaag ook bij Maria. De vrouw uit wie Jezus geboren is, schrijft Paulus aan de Galaten. (tweede lezing)
Maria, een sterke vrouw die zich altijd weer door ons laat vinden, die op ons wacht en bij wie we altijd welkom zijn.
Ook de herders waren welkom. In het evangelie van vandaag krijgen we een nieuw stukje uit de “kindheidsevangelies”: de herders gaan op zoek naar Jezus. Ze vinden het kind Jezus, met Maria en Jozef. Engelen hebben hun erover verteld en nu zien ze wat hun verteld is. Ze zwijgen niet, die herders, want het evangelie zegt dat “allen, die het hoorden, stonden verbaasd over het verhaal van de herders”. De herders zijn dus de eerste boodschappers van Jezus. Herders … heel eenvoudige mensen zonder grote diploma’s en zeker niet in de gunst van “het betere volk”.
Die herders keren na een tijdje terug naar hun kudde en “ze loofden God en zongen hem lof”.
Ook wij moeten dat wellicht eens wat meer doen: God verheerlijken, en Hem danken voor elke dag die we krijgen, Hem danken voor het leven, voor de mensen om ons heen, voor het licht dat we krijgen. Ja, we moesten dat eens meer doen.
Maar er zit nog een belangrijk element in het stukje evangelie van vandaag. Het is een klein zinnetje maar. “Maria bewaarde alles in haar hart”.
Wat moest ze beginnen met de woorden van de engel dat er vandaag een Redder geboren was, Christus de Heer’? Het enige wat ze er op dat moment mee kon doen, was die woorden bewaren in haar hart en ze bij zichzelf overwegen. En hopen dat ze de woorden ooit zou begrijpen. Maar daarvoor moest ze eerst groeien in geloof, en moesten haar geloof en haar hoop sterker worden dan haar twijfel en haar pijn.
Voilà daarmee heb ik de voor mij belangrijke aansporingen uit het evangelie over het bezoek van de herders genoemd.
1. De herders hadden een luisterend oor voor de boodschap van de engelen.
2. Zoals de herders moeten ook wij naar Jezus op zoek gaan en onze ogen op Hem richten.
3. Christenen moeten vertellen over Jezus boodschap.
4. Dat doen we – zoals de herders – op een duidelijke maar bescheiden manier.
5. Net als Maria moet er ook bij ons plaats zijn om alles in ons hart te bewaren. Dat wil zeggen dat we alles wat ons over Jezus en zijn boodschap is doorgegeven ons leven lang overwegen in de stilte van ons hart.
Broeders en zusters, ik kan vandaag niet anders dan ook even stil staan bij het overlijden van paus-emeritus Benedictus. Je zal deze dagen van alles lezen en horen in de media: positieve en negatieve commentaren. De oordelen over de man liggen al lang klaar. Maar wie zijn wij mensen om elkaars leven te beoordelen of te veroordelen.
In de eerste lezing kregen we zoals elk jaar die prachtige zegenwens: “Moge de Heer u zegenen en beschermen. Moge de Heer het licht van zijn gelaat over u doen schijnen en u genadig zijn. Moge de Heer u zijn gelaat toewenden en u vrede geven.”
Het is meteen mijn wens voor paus-emeritus Benedictus: dat hij zijn Heer nu in het volle licht mag ontmoeten…dat God hem zijn tekorten genadig vergeeft. Dat hij zijn Heer nu van aangezicht tot aangezicht mag zien en de eeuwige vrede mag vinden.
Het is ook mijn wens voor ieder van u dat de Heer ons zegent en beschermd en vrede geeft. Ik wens ons allen van harte zulk een zalig Nieuwjaar.