22 mei Heilige Joaquina de Vedruna de Mas 1783-1854

16 April 1783 – 28 August 1854

Joaquina was het vijfde van de acht kinderen van don Lorenzo de Vedruna, notaris aan de Koninklijk Kanselarij te Barcelona, en doña Teresa Vidal, die door haar opvoeding de buitengewone menslievende en spirituele gevoeligheid van Joaquina deed rijpen. Het was een vroom meisje dat bekend stond om haar bijna obsessieve netheid en een speciale devotie had voor het Kind Jezus. Toen ze 12 jaar oud was, gaf ze te kennen dat ze karmelietes wilde worden, maar de priorin van het nabijgelegen klooster vond haar nog te jong om zo’n beslissing te nemen.
 
Teodoro de Mas, advocaat en landeigenaar, en een vriend van de familie, wilde een van de dochters van Lorenzo de Vedruna huwen. Hij schonk elke dochter een doosje amandelen. De twee oudsten vonden het maar een kinderachtig geschenk en aanvaardden het niet. Joaquina echter zei: “Ik houd van amandelen!”, en hiermee was voor Lorenzo de keuze gemaakt. Ze huwden op 24 maart 1799 en kregen negen kinderen, waarvan er echter drie op jonge leeftijd overleden. Het echtpaar werd lid van de derde orde van St.-Franciscus.
 
Toen Napoleon Spanje binnenviel, vluchtte Joaquina met haar kinderen; haar man echter, overtuigd nationalist zijnde, stond erop te blijven om als vrijwilliger te vechten maar stierf op 6 maart 1816 aan tuberculose, gevolg van de ontberingen in oorlogstijd. Joaquina verhuisde met haar kinderen naar hun landgoed “Manso Escorial” in Vic (Catalonië). Terwijl ze een intens spiritueel leven leidde van gebed en vasten, bleef ze de liefdevolle moeder die haar kinderen geloof en menslievendheid bijbracht. Ze werd er al vlug bekend omwille van haar liefdadigheid. Twee van haar kinderen traden in het huwelijk, vier dochters werden kloosterlinge. Joaquina richtte een apostolische gemeenschap op, de Hermanas Carmelitas de la Caridad de Vedruna (Congregatie van de Zusters Karmelietessen van Liefde), die zich toelegde op ziekenverzorging en opleiding van meisjes uit arme gezinnen, dit in een tijd dat onderwijs voor vrouwen zo goed als onbestaande was. Het instituut werd onder de bescherming geplaatst van Onze Lieve Vrouw van de Karmel en verkreeg de pauselijke goedkeuring van Leo XIII.
 
Joaquina vertrouwde steeds op de Voorzienigheid, het regelmatige gebed en op de gekruisigde Jezus. Op een natuurlijke en ontwapenend spontane manier verliet ze zich altijd op de liefdevolle omarming van God, waardoor ze onvoorziene en soms moeilijke omstandigheden steeds te boven kwam. Contemplatieve liefde hield haar steeds verbonden met God. Haar devies bij al haar bezigheden en werken was dan ook: “Actie door contemplatie”. Haar uitgesproken smaak voor liturgische gebeden liet haar toe ze rustig te absorberen en zich opgenomen te weten door de Heilige Geest, zich omarmd te voelen door de Heilige Drievuldigheid. Geleid door Maria, Moeder van de Karmel die ze een grote liefde toedroeg, vond ze vreugde in de Eucharistie. Daarom leerde ze haar medezusters en de meisjes die ze opleidde steeds beroep te doen op Maria om op een vruchtbare manier de geheimen van Jezus’ leven te vieren.
 
Ondanks de ernstige uitdagingen die burgeroorlogen en seculiere oppositie met zich meebrachten, verspreidde de congregatie zich al snel over gans Catalonië. Daarna werden gemeenschappen opgericht in heel Spanje en Latijns-Amerika.
 
Joaquina werd echter zwaar ziek en dus gedwongen af te treden als overste van haar congregatie. Door een beroerte in 1849 raakte ze verlamd, ze stierf tijdens een cholera-epidemie op 28 augustus 1854. Haar stoffelijk overschot bevindt zich in het moederhuis van de congregatie in Vic. Haar orde is nu werkzaam in 23 landen; in totaal leven nu meer dan 2000 religieuzen in 280 gemeenschappen van de Congregatie van de Zusters Karmelietessen van Liefde.
 
Na de bevestiging van twee mirakels toegeschreven aan haar voorspraak verklaarde paus Pius XII haar zalig op 19 mei 1940; twee andere lagen aan de basis van haar heiligverklaring door paus Johannes XXIII op 12 april 1959.
 
In de Karmel wordt zij herdacht op 22 mei.
 
De boodschap van H. Joaquina de Vedrune de Mas:
 

  • onze eigen levensstaat kan en moet ons heiligen.
  • wij worden steeds verwacht door de Heer die ons roept.
  • een leven van opofferingen is een korte weg naar de hemel.
  • gebed en nederigheid zijn nodig zijn onze redding.

 

 

Liefde, liefde en nog meer liefde, liefde die nooit wordt bevredigd!
Hoe meer we van God houden, hoe meer we ernaar zullen verlangen om van Hem te houden. En als we Jezus in ons hart hebben, zullen we al het andere in Hem en met Hem hebben.

 

Uitnodiging tot delen:

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven