1 april H. Nuno Álvares Pereira 1360-1431

H. Nuno Álvares Pereira
(24 juli 1360 – 1 april 1431)

Het kan verwonderlijk lijken dat deze heilige een nationale held is in Portugal. Men kent hem er als “De Heilige Veldmaarschalk”. Nuno Alvares Pereira werd geboren in een Portugese adellijke familie. Zijn grootvader was aartsbisschop van Braga. Hij stamde af van Ferdinand I van Castilië en van Karel de Grote. Toen hij 13 was, werd hij page in het koninklijk gevolg, op 16-jarige leeftijd huwde hij Leonor de Alvim, dochter uit een eveneens aanzienlijke adellijke familie, met wie hij drie kinderen kreeg.

Toen in 1383 koning Fernando I van Portugal overleed en zijn enige dochter gehuwd was met de koning van Castilië, ontstond er een oorlog om de troonopvolging. Nuno koos partij voor de Portugese aristocratie die vreesde haar privileges en culturele identiteit te verliezen en daarom de Portugese kandidaat troonopvolger steunde, de latere João I van Portugal. Nuno werd benoemd tot veldmaarschalk en opperbevelhebber en verkreeg de titel van graaf, hoewel hij pas 23 jaar was. Hij had immers een scherp militair inzicht en een onwrikbaar vertrouwen in Gods hulp in wat hij een heilige strijd noemde.

Hij leidde en won zo goed als alle veldslagen tot in 1411 met het verdrag van Ayton-Segovia vrede werd gesloten. Nuno herinnerde zijn manschappen er constant aan dat ze vochten voor een heilige zaak, zich als goede christenen dienden te gedragen en zo te sterven indien nodig. Prostituees en gokkers werden uit de militaire kampen geweerd, de soldaten werden aangemoedigd tot bidden en het ontvangen van de sacramenten en vooral tot het respectvol behandelen van de vijand en de civiele bevolking. Met deze ingesteldheid hadden de manschappen minder angst om te sterven en namen zij heroïsche risico’s op het slagveld. Nuno benadrukte zijn geloof in Maria door haar naam in zijn zwaard te laten graveren. Te midden van alle strijd bad en vastte hij regelmatig.

Toen João I de troon besteeg, was Nuno, na de koning, de populairste en machtigste persoon in het rijk geworden. Nadat Nuno’s echtgenote was gestorven en zijn dochter gehuwd was met de kroonprins, liet hij met zijn fortuin kerken en kloosters bouwen ter ere van Maria die hem altijd gesteund had in moeilijke tijden. Zo wijdde hij ook in Lissabon een mooie kerk aan Onze Lieve Vrouw van de Karmel, en stelde strikte leefregels op voor de karmelieten die het heiligdom onderhielden.

In 1423 trok hij zich als monnik terug in het karmelietenklooster. Hij had wat resteerde van zijn fortuin weggeschonken, o.a. aan oorlogsveteranen. Nu wou hij de rest van zijn leven nederig doorbrengen in armoede, gebed en contemplatie, en werd portier in het klooster tot hij stierf op Pasen van het jaar 1431. Omwille van zijn militaire verdiensten kreeg hij toch een imposante staatsbegrafenis en werd te ruste gelegd in de kerk gewijd aan OLV van de Karmel.

Deze kerk werd echter zoals een groot deel van Lissabon vernietigd door de beruchte aardbeving van 1755. Er resten enkel nog enige spitsbogen die bewaard worden als herinnering aan de catastrofe die duizenden het leven kostte.

Nuno Alvares Pereira werd tijdens de eerste wereldoorlog zalig verklaard door paus Benedictus XV omdat hij zelfs in oorlogstijden christelijke waarden en voorbeeldig moreel gedrag hoog in het vaandel droeg. Op 26 april 2009 volgde zijn heiligverklaring door paus Benedictus XVI. Hij wordt gevierd op 1 april.

Uitnodiging tot delen:

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven