Vertrouw aan de Heer uw levensweg toe, verlaat u op Hem, Hij zal ervoor zorgen.
De avond voor zijn lijden heeft Jezus gestreden in gebed. Hij waakte over ons het ganse voorbije jaar. Laten we ons ook voor dit nieuwe jaar toevertrouwen aan Zijn waakzame, biddende liefde. We overwegen de → blijde geheimen:
Kerstmis is het huwelijk van Gods zoon met ons mensen. Jezus verlangt naar ons, verwacht onze openheid en onze wederliefde. Een brief van de heilige Thérèse aan haar nicht:
Mijn lieve kleine Marie, prijs van harte de goede God voor alle genaden die Hij u bewijst en wees niet ondankbaar door ze niet te erkennen. Je doet me denken aan een dorpsmeisje dat door een machtige koning ten huwelijk wordt gevraagd, maar dat niet durft aanvaarden onder het voorwendsel dat zij niet rijk genoeg is en de gewoonten van het hof niet kent, zonder eraan te denken dat haar koninklijke verloofde haar armoede en onwetendheid beter kent dan zij zelf… Marie, als jij niets bent, vergeet dan niet dat Jezus alles is. Je moet alleen je kleine niets verliezen in zijn oneindige alles, en alleen maar denken aan dit alles, het enige, dat al onze liefde waardig is. Je moet ook niet de vruchten van je inspanning willen zien. Jezus vindt het prettig om die nietigheden die Hem troosten voor Zich alleen te houden… je vergist je, liefste, als je denkt dat jouw Thérèse altijd vurig de weg van de deugd bewandelt. Zij is zwak, erg zwak. Elke dag ondervindt zij dat opnieuw. Maar, Marie, het behaagt Jezus haar zoals St.–Paulus de kunst te leren om zich te beroemen op haar zwakheden. Dat is een heel grote genade en ik bid Jezus dat Hij je die mag leren, want alleen daarin ligt de vrede en de rust van ons hart. Als je jezelf zo armzalig vindt, let je helemaal niet meer op jezelf. Je kijkt alleen nog maar naar de enige Welbeminde… Lieve kleine Marie, ik voor mij ken geen ander middel tot volmaaktheid dan de liefde. Liefhebben: wat is ons hart daar goed voor gemaakt. Soms zoek ik een ander woord om de liefde weer te geven. Maar op deze aarde van ballingschap zijn woorden niet in staat om al de roerselen van onze ziel weer te geven. Wij moeten ons dus houden aan dit ene woord: liefhebben. Maar aan wie zal ons arme hart dat hunkert naar liefde zijn liefde bewijzen? Wie zal daarvoor groot genoeg zijn? Zal een menselijk wezen het begrijpen? En vooral, zal het die liefde kunnen beantwoorden? Marie, er bestaat maar één wezen dat de diepte van dat woord ‘liefde’ begrijpt. Er is alleen onze Jezus. Hij kan ons oneindig méér teruggeven dan wij Hem ooit kunnen geven. Marie van het Heilige Sacrament, zo is uw kloosternaam. Die naam duidt jouw zending aan. Jezus troosten, Hem doen liefhebben door de zielen. Jezus is ziek en je moet weten dat wie ziek is van liefde alleen door liefde genezen wordt. Marie, geef je hart echt helemaal aan Jezus. Hij dorst ernaar, Hij hunkert ernaar. Je hart, dat is het doel van al zijn streven. Daarvoor, om je hart helemaal voor zichzelf te hebben, neemt Hij genoegen met een verwaarloosd en duister onderkomen! Ach, hoe zouden wij niet houden van een vriend die zich vernedert tot zulk een uiterste armoede? Hoe zouden wij ons kunnen beroepen op onze armoede – om ons niet door Hem te laten liefhebben -, als Jezus Zich op één lijn wil stellen met Zijn verloofde? Hij was rijk en Hij is arm geworden om Zijn armoede te verenigen met de armoede van Marie. Wat een mysterie, wat een liefde! Mijn hart is altijd bij Marie van het heilig Sacrament, het tabernakel is het huis van liefde waar onze twee zielen zijn ingesloten. Jouw zusje, die je vraagt haar niet te vergeten in je gebeden.
Zr. Thérèse van het kind Jezus en van het heilige Aanschijn.
O mijn God, ik verlang ernaar U lief te hebben en te maken dat ook anderen U liefhebben. Ik verlang ernaar uw wil volmaakt te volbrengen en de graad van heerlijkheid te bereiken die U voor mij bereid hebt in uw koninkrijk, in één woord, ik verlang ernaar om heilig te zijn, maar ik voel mijn onmacht en vraag U, mijn God, wees zelf mijn heiligheid.
In de dagen van uw sterfelijk leven hebt U gezegd: al wat je in mijn naam aan mijn Vader vraagt, zal Hij je geven. Ik ben dus zeker dat U mijn verlangen zal verhoren, ik weet het, mijn God, hoe meer u wilt geven, hoe meer u doet verlangen. En ik voel in mij onmetelijke verlangens en het is met vertrouwen dat ik u vraag: kom bezit nemen van mijn ziel. Blijf in mij zoals in het tabernakel, verwijder u nooit van uw kleine hostie.
Wat is het goed in de stilte altijd naar U te luisteren, in vrede Uw nabijheid te smaken en zich weg te schenken aan Uw Liefde. O Lam, zo zuiver en teder, U bent mijn enig Alles. U weet wel dat ik naar U hunker. Ik verlang U helemaal toe te behoren, U heel mijn wezen weg te schenken, zodat niets mijzelf nog toebehoort. O mocht ik uw totaal bezit worden, iemand die nog enkel leeft voor U, Uw eigendom, Uw levende hostie, tot volheid gebracht door het kruis.
Ik wil de gelijkvormigheid voelen met U, O God, die mij door uw machtige adem in het leven riep. Ik wil mij altijd door in Uw aanwezigheid houden, er mijn vreugde in vinden U mijn Vader te noemen en Uw kind te zijn. In Uw armen vrees ik geen enkele storm. Mijn enige wet is de volkomen overgave. Ik wil rusten aan Uw Hart, heel dicht bij Uw Aangezicht. Ik wil naar U glimlachen wanneer U zich verbergt om mijn geloof te beproeven. Ik wil het uithouden in afwachting dat U mij nog eens aankijkt.
Heer, ik zou in U willen verdwijnen als een waterdruppel in een onmetelijke zee. Vernietig in mij alles wat niet goddelijk is, zodat ik mij, geheel vrij, kan werpen in U. Wat U wil, wil ik ook. Heer Jezus, mijn hemelse Vriend, Uw wil zij de mijne. Doe met mij wat U goedvindt. Ik leg alles in Uw handen, lichaam en ziel, verlangens en wil, ik geef U alles. Uw weet, o mijn God, als ik lijd, als ik er zozeer naar verlang te mogen lijden, dan is dat niet met de gedachte aan mijn eigen eeuwigheid, maar alleen om U te troosten, om mensen terug te brengen naar U, om U te tonen dat ik U liefheb’.
Blijde geheimen
1ste blijde geheim: de engel Gabriël bracht de boodschap aan Maria: Jezus kwam ons mens-zijn delen en ons opnemen in Zijn goddelijk leven. God wil ons laten delen in Zijn vreugde, Zijn geluk, Zijn eeuwigheid. Bidden wij voor mensen die nood hebben aan een blijde boodschap. Openen wij ons in geloof voor Gods verlangen naar ons en zeggen wij Maria: Mij geschiede naar uw woord.
2de blijde geheim: Maria bezoekt haar nicht Elisabeth: Jezus laat zich door zijn Moeder naar Elisabeth brengen, om zijn voorloper te heiligen. De heilige Geest bekwaamt ons voor onze eigen zending, maar Hij wil dat mensen elkaar daarvoor nodig hebben. Bidden wij om gezegende ontmoetingen en verbondenheden die ons doen meewerken aan de vernieuwing van onze kerk en onze wereld.
3de blijde geheim: De geboorte van Jezus in Bethlehem: Jezus werd geboren in het donker van onze nacht om ons te verlichten. Hij wordt een banneling op aarde om ons te laten binnengaan in het hemelse Vaderland. Hij wordt arm, om ons rijk te maken. Hij aanvaardt de koude van ons hart, om ons met Zijn liefde te verwarmen. Hij wordt een bedelaar die ons vraagt: schenk Mij allen uw hart. Bidden wij voor alle pasgeborenen en voor gezinnen die in moeilijke omstandigheden verkeren.
4de blijde geheim: Jezus wordt opgedragen in de tempel: Maria’s Hart zal door een zwaard worden doorstoken omdat Jezus een teken van tegenspraak is. Moge Zij ook ons opdragen aan de Vader en ons de genade bekomen van overgave aan Zijn Wil.
5de blijde geheim: Jezus wordt teruggevonden in de tempel: ‘Waarom hebt gij naar Mij gezocht? Wist je niet, dat Ik bezig moest zijn met de dingen van Mijn Vader?’ Vragen wij Maria om de genade van het vertrouwen op Gods bezig-zijn met ons. Laten wij onze kinderen en onze dierbaren toevertrouwen aan Haar Moeder-zijn voor elke mens.